HET *BOEK DERPSALMEN
PSALM 1.
Beschrijving van den wandel en de gelukzaligheid der vromen, en daartegenover van den aard en ellendigen staat der goddelozen.
Want hij zal zijn als een cboom, geplant aan 11waterbeken, die zijn vrucht geeft op 12zijn tijd en welks 13blad niet afvalt; en al wat 14hij doet, zal 15wel gelukken.
16Alzo zijn de goddelozen niet, maar als dhet kaf dat de wind heendrijft.
Daarom zullen de goddelozen niet 17bestaan in het gericht, noch de zondaars in de vergadering der rechtvaardigen.
Want de HEERE 18kent den weg der rechtvaardigen, maar de weg der goddelozen zal vergaan.