Kies lettertype
Kies lettergrootte
Uitlijning
Weergeven

Vergelijk uitgaven

Kopieer tekst

(1773 51)

Verzen

Opties
Klik op de tekst om te kopiëren

Psalm 51

1 Genâ, o God, genâ, hoor mijn gebed;
Verschoon mij toch naar Uw barmhartigheden;
Delg uit mijn schuld, vergeef mijn overtreden;
Uw goedheid wordt noch paal noch perk gezet.
Ai, was mij wel van ongerechtigheid;
Mijn schuld is zwaar, ik heb Uw wet geschonden;
Zie mijn berouw, hoor hoe een boet’ling pleit,
En reinig mij van al mijn vuile zonden.
2 Want ik gevoel de grootheid van mijn kwaad;
Mijn zonde zie ’k mij steeds voor ogen zweven;
’k Heb tegen U, ja U alleen, misdreven;
Uw wil en wet, hoe heilig, stout versmaad.
Ik heb gedaan wat kwaad was in Uw oog;
Dies ben ik, Heer’, Uw gramschap dubbel waardig;
’k Erken mijn schuld, die U tot straf bewoog;
Uw doen is rein, Uw vonnis gans rechtvaardig.
3 ’t Is niet alleen dit kwaad, dat roept om straf;
Neen, ’k ben in ongerechtigheid geboren;
Mijn zonde maakt mij ’t voorwerp van Uw toren,
Reeds van het uur van mijn ontvang’nis af.
Zie, Gij hebt lust tot waarheid in ’t gemoed;
Gij Heer’, Die weet al wat ik heb misdreven;
Gij Die mijn geest met wijsheid hadt gevoed,
En in mijn ziel Uw Godd’lijk licht gegeven.
4 Ontzondig mij met hysop, en mijn ziel,
Nu gans melaats, zal rein zijn en genezen;
Was mij geheel, zo zal ik witter wezen
Dan sneeuw die vers op ’t aardrijk nederviel.
Ai, geef mij weêr gewenste zielenvreugd;
Laat uit Uw mond mij stof tot blijdschap horen;
Zo wordt opnieuw ’t verbrijzeld hart verheugd,
En in mijn geest de ware rust herboren.
Pauze
5 Verberg Uw oog van mijn bedreven kwaad,
Waardoor mijn ziel gevoelt de diepste wonden;
Delg, delg toch uit mijn schuld en al mijn zonden,
En spreek mij vrij van mijne gruweldaad.
Herschep mijn hart, en reinig Gij, o Heer’,
Die vuile bron van al mijn wanbedrijven;
Vernieuw in mij een vasten geest, en leer
Mij aan Uw dienst oprecht verbonden blijven.
6 Verwerp mij van Uw aangezicht toch niet;
Ai, laat van mij Uw Heil’gen Geest niet scheiden;
Die kan alleen op ’t rechte spoor mij leiden.
Bestier mijn gang, daar Gij mijn zwakheid ziet.
Geef mijn gemoed, dat nu angstvallig vreest,
De blijdschap weêr; doe op Uw heil mij hopen;
Laat mij, gesterkt door enen eed’len geest,
Volvaardig ’t pad van Uw geboden lopen.
7 Dan zal ik elk die ’t heilspoor bijster is,
Vrijmoedig al Uw rechte wegen leren;
De zondaar zal zich dan tot U bekeren,
En scheppen moed uit mijn behoudenis.
O God, Gij God mijns heils, vergeef mijn schuld,
Mijn bloedschuld toch, hoe billijk ook te doemen;
Dan zal mijn mond, met zangstof weer vervuld,
Uw heilig recht, gepaard met goedheid, roemen.
8 Heer’, open Gij mijn lippen door Uw kracht,
Zo zal mijn mond Uw lof gestaag vermelden;
Geen offer kan voor mijne zonden gelden;
Behaagd’ U dat, straks wierd het U geslacht.
Indien Gij lust in brandend’ off’ren hadt,
Dan wierd het vuur door mij gewis ontstoken;
Ik spaarde dan noch zorg, noch vlijt, noch schat,
Maar zou ’t altaar van offervee doen roken.
9 Gods offers zijn een gans verbroken geest,
Door schuldbesef getroffen en verslagen;
Dit offer kan Uw heilig oog behagen;
’t Is nooit, o God, van U veracht geweest.
Doe Sion wel, laat om mijn zwaren val
Uw goedheid niet van zijne burg’ren wijken;
Bouw Salem op, laat nooit zijn muur en wal,
Door Uwe straf, voor ’s vijands macht bezwijken.
10 Dan vindt Gij in onz’ offeranden lust,
Waarmee wij U, naar ’t heilig recht, vereren;
Dan zal ’t altaar de varren gans verteren;
Dan wordt het vuur daarop nooit uitgeblust.
NL EN

Log s.v.p. in om desgewenst uw persoonlijke omgeving binnen het programma te kunnen gebruiken. Als u nog geen login hebt, kunt u deze aanmaken door op ‘Account aanmaken’ te klikken.

Inloggen

Wachtwoord vergeten?

Vul s.v.p. onderstaand formulier in als u een account aan wilt maken, zodat u toegang krijgt tot uw persoonlijke omgeving binnen het programma.

Account aanmaken

Vul s.v.p. onderstaand formulier in om uw wachtwoord te resetten.

Wachtwoord wijzigen