DE PROFEETJESAJA

HOOFDSTUK 5.

De profeet maakt het volk, door een lied van den wijngaard des Heeren, indachtig de grote weldaden die God hetzelve bewezen heeft, vs. 1. Daartegenover hun grote ondankbaarheid, 4. Hetwelk een oorzaak geweest is dat God het verstoten heeft, 5. Wee over de rijken en gierigen, 8. En over de dronkaards, 11. En brassers, 12. Een vertroosting voor de vromen, 17. Wee over de onrechtvaardigen, 18. En bespotters der dreigementen Gods, 19. En die alles verkeren, 20. Over de hovaardigen, 21. Over de dronkaards, 22. En onrechtvaardige rechters, 23. Hun straf, 24. De verzameling, het marcheren en de gruwelijkheid van het leger der Chaldeeën tegen de Joden, 26.

Het lied van den wijngaard
1

NU zal ik 1mijn Beminde 2een lied mijns Liefsten zingen 3van Zijn wijngaard: Mijn Beminde heeft een wijngaard 4op een vetten heuvel.

2

5En Hij heeft dien 6omtuind en van stenen gezuiverd, en Hij heeft hem beplant met edele wijnstokken; en Hij heeft in deszelfs midden 7een toren gebouwd en ook een 8wijnbak daarin uitgehouwen; en 9Hij heeft verwacht dat hij goede 10druiven zou 11voortbrengen, maar hij heeft 12stinkende druiven voortgebracht.

3

13Nu dan, gij inwoners van Jeruzalem en gij mannen van Juda, oordeelt toch tussen Mij en tussen Mijn wijngaard.

4

a14Wat is er meer te doen aan Mijn wijngaard, hetwelk Ik aan hem niet gedaan heb? 15Waarom heb Ik verwacht dat hij goede druiven voortbrengen zou, en hij heeft stinkende druiven 16voortgebracht?

5

Nu dan, Ik zal ulieden nu bekendmaken 17wat Ik Mijn wijngaard doen zal: 18Ik zal bzijn 19tuin wegnemen, opdat hij zij tot afweiding; zijn muur zal Ik verscheuren, 20opdat hij zij tot vertreding.

6

En 21Ik zal hem tot woestheid maken; 22hij zal niet 23besnoeid noch omgehakt worden, maar 24distelen en doornen zullen daarin opgaan; en 25Ik zal den wolken gebieden dat zij geen regen daarop regenen.

7

c26Want de wijngaard des HEEREN der heirscharen is het huis Israëls, en 27de mannen van Juda zijn 28een plant Zijner verlustigingen; en Hij heeft gewacht 29naar recht, maar zie, het is 30schurftigheid; 31naar gerechtigheid, maar zie, het is 32geschreeuw.

Een zesvoudig wee
8

dWee dengenen die huis aan huis 33trekken, akker aan akker brengen, totdat er 34geen plaats meer zij, en dat gijlieden alleen inwoners gemaakt wordt in het midden des lands.

9

35Voor mijn oren heeft de HEERE der heirscharen gesproken: 36Zo niet vele huizen tot verwoesting zullen worden, de grote en 37de treffelijke 38zonder inwoner!

10

39Ja, tien 40bunders wijngaard zullen 41een enigen bath geven, en een 42homer zaad zal een 41efa 43geven.

11

eWee dengenen die, zich vroeg opmakende in den morgenstond, 44sterken drank najagen, en 45vertoeven tot in 46de schemering, totdat de wijn hen heeft verhit.

12

En harpen en luiten, trommels en pijpen en wijn zijn in hun maaltijden; maar 47zij aanschouwen het werk des HEEREN niet en 48zij zien niet op het maaksel Zijner handen.

13

fDaarom 49zal mijn volk 50gevankelijk weggevoerd worden, 51omdat het geen wetenschap heeft; 52en deszelfs heerlijken zullen honger lijden en 53hun menigte zal verdorren van dorst.

14

54Daarom zal het graf 55zichzelf wijd opsperren en zijn mond opendoen 56zonder maat; opdat 57nederdale 58haar heerlijkheid en haar 59menigte 60met haar gedruis, en 61die in haar van vreugde opspringt.

15

Dan zal 62de gemene man nedergebogen worden en 62de aanzienlijke man zal vernederd worden, en de ogen der hovaardigen 63zullen vernederd worden.

16

Doch de HEERE der heirscharen zal verhoogd worden 64door het recht; en God, de Heilige, 65zal geheiligd worden door gerechtigheid.

17

g66En 67de lammeren 68zullen weiden 69naar hun wijze, en 70de vreemdelingen 71zullen de verwoeste plaatsen der 72vetten eten.

18

Wee dengenen die de ongerechtigheid 73trekken 74met koorden der ijdelheid, en de zonde als met dikke wagenzelen,

19

Die daar 75zeggen: Dat Hij haaste, dat Hij 76Zijn werk bespoedige, opdat wij het zien; en laat naderen en komen 77den raadslag 78van den Heilige Israëls, 79dat wij het 80vernemen.

20

Wee dengenen 81die het kwade goed heten en het goede kwaad, 82die duisternis tot licht stellen en het licht tot duisternis, die het bittere tot zoet stellen en het zoete tot bitterheid.

21

hWee dengenen die 83in hun ogen wijs, en bij zichzelven verstandig zijn.

22

Wee dengenen die helden zijn om wijn te drinken, en die kloeke mannen zijn om 84sterken drank 85te mengen;

23

Die den goddeloze 86rechtvaardigen om een geschenk, en ide gerechtigheid der rechtvaardigen van dezelve 87afwenden.

24

Daarom, kgelijk 88de tong des vuurs den stoppel 89verteert, en het kaf door de vlam 90verdaan wordt, alzo zal hun 91wortel 92als een uittering wezen en hun 93bloem zal als stof opvaren, omdat zij verwerpen de wet van den HEERE der heirscharen en de rede van den Heilige Israëls versmaden.

De hand des HEEREN uitgestrekt
25

Daarom is de toorn des HEEREN ontstoken tegen Zijn volk, en Hij heeft tegen hetzelve Zijn hand 94uitgestrekt en Hij heeft het geslagen, zodat 95de bergen hebben gebeefd, en 96hun dode lichamen 97zijn geworden lals drek in het midden der straten. 98Om mdit alles keert Zijn toorn niet af, maar Zijn hand is nog 99uitgestrekt.

26

100Want Hij zal 1een banier 2opwerpen 3onder de heidenen van verre, en Hij zal hen herwaarts 4sissen van het einde der aarde; en 5zie, haastelijk, snellijk 6zullen zij aankomen.

27

7Geen moede en geen struikelende zal onder hen wezen; 8niemand zal sluimeren noch slapen, 9noch de gordel zijner lendenen ontbonden worden, noch de schoenriem zijner schoenen afgescheurd worden;

28

10Welker pijlen scherp zullen zijn, en al hun bogen 11gespannen; hunner paarden 12hoeven zullen als 13een rots geacht zijn, en 14hun raderen als een wervelwind.

29

15Hun gebrul zal zijn als van een 16ouden leeuw, en zij zullen brullen als de jonge leeuwen, en zij zullen briesen en 17den roof aangrijpen en wegvoeren; en er zal geen verlosser zijn.

30

En 18zij zullen 19tegen hetzelve te dien dage bruisen als het bruisen der zee. 20Dan zal men nde aarde aanzien, maar zie, 21er zal duisternis en benauwdheid zijn, en het licht zal verduisterd worden 22in haar verwoestingen.