Verzen
ONESIMUS, een slaaf of dienstknecht van Filemon (die een leraar in de gemeente van Kolosse schijnt geweest te zijn, vss. 1, 17, 23. Kol. 1:7; 4:9, 12, 17), was van zijn heer weggelopen, en had ook hem iets ontvreemd; welke van Paulus te Rome in zijn banden tot de christelijke religie bekeerd zijnde, volgens derzelver leer, wederkeren wilde tot zijn heer, en te dien einde verzocht van Paulus een brief van voorschrijving aan denzelven, om te beter met hem te verzoenen en in genade opgenomen te mogen worden. Te dezen einde heeft dan de apostel dezen zendbrief geschreven, waarin hij, na het opschrift en den groet in de eerste drie verzen, met een bekwame inleiding, om de gunst van Filemon op te wekken, verhalende, vs. 4, zijn liefde tot hem, 5 en de deugden van Filemon, voornamelijk zijn liefde tot de gelovigen en zijn geloof in CHRISTUS, 8 verklaart dat hij hem zulks niet wilde gebieden gelijk hij wel mocht, maar vriendelijk van hem bidden. 10 Daarna stelt hij dit zijn verzoek voor, betonende dat hetzelve was eerlijk, 11 hem dienstig, 12 en ook enigszins noodzakelijk. 15 Verontschuldigt Onesimus' misdaad van weglopen, alzo hetzelve een gelegenheid is geweest tot zijn bekering, waardoor hij nu ook een broeder was geworden. 18 En stelt zichzelven tot borg dat de schade hem zou voldaan worden. 20 En besluit eindelijk met zeer beweeglijke woorden zijn verzoek. 22 Daarbij voegende dat hij hem een herberg wilde bereiden. 23 Groet hem vanwege enige bijzondere medearbeiders, 25 en doet daarbij ook zijn gewoonlijken groet.
Notities:
Maak een account aan of log in
om meer functies te kunnen gebruiken.
Log s.v.p. in om desgewenst uw persoonlijke omgeving binnen het programma te kunnen gebruiken. Als u nog geen login hebt, kunt u deze aanmaken door op ‘Account aanmaken’ te klikken.
Vul s.v.p. onderstaand formulier in als u een account aan wilt maken, zodat u toegang krijgt tot uw persoonlijke omgeving binnen het programma.
Vul s.v.p. onderstaand formulier in om uw wachtwoord te resetten.