Kies lettertype
Kies lettergrootte
Uitlijning
Weergeven

Vergelijk uitgaven

Kopieer tekst

(Hellenbroek Hertaald 4 Over Gods Besluiten)

Verzen

Opties
Klik op de tekst om te kopiëren

4. OVER GODS BESLUITEN

1

Zijn Gods besluiten onderscheiden van God?
Nee, zij zijn de besluitende God Zelf. Door Zijn verstand en wil bepaalt Hij de dingen buiten Hem.

2

Wanneer heeft God Zijn besluiten genomen?
Van eeuwigheid.
Hand. 15:18. Gode zijn al Zijn werken van eeuwigheid bekend.

3

Zijn de besluiten dan wel vrije besluiten?
Ja.
Matth. 11:26. Ja Vader, want alzo is geweest het welbehagen voor U.

4

Zijn het ook wijze besluiten?
Ja.
Rom. 11:33. O diepte des rijkdoms, beide der wijsheid en der kennis Gods! Hoe ondoorzoekelijk zijn Zijn oordelen, en onnaspeurlijk Zijn wegen!

5

Zijn deze besluiten ook veranderlijk?
Nee, onveranderlijk.
Jes. 46:10. Die van den beginne aan verkondig het einde, en vanouds af die dingen die nog niet geschied zijn; Die zeg: Mijn raad zal bestaan en Ik zal al Mijn welbehagen doen.

6

Waarover gaan Gods besluiten?
Over alle dingen.
Ef. 1:11. Wij, die tevoren verordineerd waren naar het voornemen Desgenen Die alle dingen werkt naar den raad van Zijn wil.

7a

Zijn er ook besluiten onder een voorwaarde die afhankelijk is van de vrije wil van de mens?
Nee, maar wel onder een voorwaarde die God ook besloten heeft, en die Hij Zelf zeker werkt.

7b

Geef daarvan eens een voorbeeld uit Gods Woord.
God had besloten Petrus zalig te maken onder voorwaarde van geloof en bekering. God had echter ook besloten geloof en bekering in de tijd in hem te werken. Hij heeft ze ook metterdaad in hem gewerkt.

a. Over de predestinatie
a1

Heeft God ook besloten wie er zalig zal worden, en wie niet?
Ja.

a2

Hoe noemt men dat besluit?
Predestinatie, of voorverordinering.
Rom. 8:30. En die Hij tevoren verordineerd heeft, dezen heeft Hij ook geroepen; en die Hij geroepen heeft, dezen heeft Hij ook gerechtvaardigd; en die Hij gerechtvaardigd heeft, dezen heeft Hij ook verheerlijkt.

a3

Hoeveel delen of daden Gods moet men daarin onderscheiden?
Twee: de verkiezing en de verwerping.
1 Thess. 5:9. Want God heeft ons niet gesteld tot toorn, maar tot verkrijging der zaligheid door onzen Heere Jezus Christus.

a4

Wanneer heeft de verkiezing plaatsgevonden?
Van eeuwigheid.
Ef. 1:4. Gelijk Hij ons uitverkoren heeft in Hem, voor de grondlegging der wereld, opdat wij zouden heilig en onberispelijk zijn voor Hem in de liefde.

a5

Is de verkiezing algemeen, zijn alle mensen verkoren?
Nee, het kleinste deel.
Matth. 20:16. Velen zijn geroepen, maar weinigen uitverkoren.

a6

Gaat de verkiezing ook over bepaalde personen, die met namen bij God bekend zijn?
Ja.
Rom. 9:13. Jakob heb Ik liefgehad, en Ezau heb Ik gehaat.

a7

Wat is de oorzaak dat God de ene mens wel verkoren heeft en de andere niet?
Alleen Gods vrije en soevereine welbehagen.
Rom. 9:18. Zo ontfermt Hij Zich dan diens Hij wil, en verhardt dien Hij wil.

a8

Is het dan niet om een voorgezien geloof of goede werken?
Nee.
Rom. 9:16. Zo is het niet desgenen die wil, noch desgenen die loopt, maar des ontfermenden Gods.

a9

Is dat niet hard of onrechtvaardig?
Nee, want God had rechtvaardig alle mensen verloren kunnen laten gaan.

a10

Is de verkiezing veranderlijk?
Nee, onveranderlijk.
Rom. 9:11. Want als de kinderen nog niet geboren waren, noch iets goeds of kwaads gedaan hadden, opdat het voornemen Gods, dat naar de verkiezing is, vast bleve, niet uit de werken, maar uit den Roepende.

a11

Volgt daaruit dan dat het niet uitmaakt hoe men leeft?
Nee, want God heeft ook de middelen tot de zaligheid besloten.
Rom. 8:29, 30. Want die Hij tevoren gekend heeft, die heeft Hij ook tevoren verordineerd den beelde Zijns Zoons gelijkvormig te zijn, opdat Hij de Eerstgeborene zij onder vele broederen. En die Hij tevoren verordineerd heeft, dezen heeft Hij ook geroepen; en die Hij geroepen heeft, dezen heeft Hij ook gerechtvaardigd; en die Hij gerechtvaardigd heeft, dezen heeft Hij ook verheerlijkt.

a12

Als een uitverkorene zou weigeren de middelen te gebruiken, wat dan?
God geeft hem een hart en de begeerte om te willen.
Filipp. 2:13. Want het is God Die in u werkt beide het willen en het werken, naar Zijn welbehagen.

a13

Wat zijn de tekenen van de verkiezing?
Geloof, hoop en liefde.
1 Thess. 1:3, 4. Zonder ophouden gedenkende het werk uws geloofs, en den arbeid der liefde, en de verdraagzaamheid der hoop op onzen Heere Jezus Christus, voor onzen God en Vader; wetende, geliefde broeders, uw verkiezing van God.

a14

Waartoe dient dit leerstuk van de voorverordinering?
Het dient:
- om God te verheerlijken in Zijn oppergezag, onafhankelijkheid, wijsheid, genade, rechtvaardigheid en waarheid;
Rom. 11:33. O diepte des rijkdoms, beide der wijsheid en der kennis Gods! Hoe ondoorzoekelijk zijn Zijn oordelen, en onnaspeurlijk Zijn wegen!
- om de mens te vernederen.
Rom. 9:20, 21. Maar toch, o mens, wie zijt gij, die tegen God antwoordt? Zal ook het maaksel tot dengene die het gemaakt heeft, zeggen: Waarom hebt gij mij alzo gemaakt? Of heeft de pottenbakker geen macht over het leem, om uit denzelfden klomp te maken het ene een vat ter ere, en het andere ter onere?
1 Kor. 4:7. Want wie onderscheidt u? En wat hebt gij, dat gij niet hebt ontvangen? En zo gij het ook ontvangen hebt, wat roemt gij alsof gij het niet ontvangen hadt?

NL EN

Log s.v.p. in om desgewenst uw persoonlijke omgeving binnen het programma te kunnen gebruiken. Als u nog geen login hebt, kunt u deze aanmaken door op ‘Account aanmaken’ te klikken.

Inloggen

Wachtwoord vergeten?

Vul s.v.p. onderstaand formulier in als u een account aan wilt maken, zodat u toegang krijgt tot uw persoonlijke omgeving binnen het programma.

Account aanmaken

Vul s.v.p. onderstaand formulier in om uw wachtwoord te resetten.

Wachtwoord wijzigen