EEN GEBED VÓÓR DE LEER VAN DEN CATECHISMUS

O hemelse Vader, Uw Woord is volkomen en bekeert de ziel, een waarachtig Getuigenis, den ongeleerden wijsheid gevende, en der blinden ogen verlichtende, een krachtig middel ter zaligheid voor allen die het geloven. Maar overmits wij van nature blind en onbekwaam zijn tot enig goed, en dat Gij ook niemand wilt aanzien, dan die ootmoedig en verslagen zijn van hart, vrezende voor Uw Woord; zo bidden wij U dat Gij ons duister verstand wilt verlichten met Uw Heiligen Geest, en ons geven een zachtmoedig hart, van hetwelk alle opgeblazenheid en vleselijke wijsheid, die vijandschap tegen U is, geweerd zij; opdat wij, Uw Woord horende, het recht verstaan mogen, en ons leven daarnaar inrichten. Wil ook genadiglijk bekeren allen die nog van Uw waarheid afdwalen, opdat wij U altezamen eendrachtelijk dienen, in waarachtige heiligheid en gerechtigheid, al de dagen onzes levens.

Dit begeren wij, alleen om Christus' wil, Die ons in Zijn Naam heeft leren bidden, en ook heeft beloofd te verhoren:

Onze Vader, Die in de hemelen zijt,

Uw Naam worde geheiligd.

Uw Koninkrijk kome.

Uw wil geschiede, gelijk in den hemel, alzo ook op de aarde.

Geef ons heden ons dagelijks brood.

En vergeef ons onze schulden, gelijk ook wij vergeven onzen schuldenaren.

En leid ons niet in verzoeking, maar verlos ons van den boze.

Want Uw is het Koninkrijk en de kracht en de heerlijkheid, in der eeuwigheid.

Amen.